Deze handappel komt oorspronkelijk uit Bailbrook, in de buurt van Bath. Hij is al bekend sinds 1860. Hij werd vooral in de Victoriaanse tijd veel aangeplant, omdat het een vroegrijpe appel is.

De boom groeit niet zo snel. De oogst is niet heel groot, maar de brede, kleine, appeltjes zijn wel erg goed van smaak. Ook als struik krijgt deze beauty lekkere, zachtzure appeltjes. Voordat de appels helemaal rijp zijn smaken ze zoet.

De vruchten zijn al begin augustus rijp. Stevige wind in juli kan er voor zorgen dat de appeltjes al voor het rijpen van de boom vallen. Een beschutte plek is aan te raden.
De boom doet het goed op alle soorten grond. Hij is bestand tegen veel ziektes.
De vruchten zijn het lekkerst als je ze net hebt geplukt. Na een dag worden ze melig en is het frisse, zurige smaakje verdwenen.